donderdag 13 november 2008

Stagedag 12/11

Wat heb ik eigenlijk saaie titel namen voor deze blogs he? Gaat binnenkort verandering inkomen, promise.

Zo, deze keer was de dag dat we alle 4 bij elkaar zouden kijken (Alten, Loes, Jose en ik). We hadden een heel schema'tje gemaakt. Eerst zou Jose een 40 minuutjes gaan, dan ik, dan Alten en dan Loes. Loes was helaas ziek, dus we konden goed uitlopen.

Mijn leerdoelen:
Deze les wilde ik nog meer tijd besteden aan het handhaven van de groep. Nu wil ik niet continue mijn hand opsteken, omdat dat behoorlijk de kracht verloor de vorige les. Nu wil ik ook meer aan mijn eigen stem gaan werken: zachter gaan praten! Ik moet niet constant de klas willen overheersen. Jeetje, ik moet dus rustiger worden. Ik moet dus eigenlijk gewoon mezelf compleet veranderen!

Ik wil beginnen te vertellen met het feit dat er een andere juf voor de klas stond. Groep 7/8 is deze week op kamp, dus alle juffen zijn om de een of andere reden verschoven. Juf Carla, van groep 7/8 stond nu voor 'mijn' klas. Het was fenomenaal hoe stil de kinderen deze dag waren. De juf was zo streng dat de kinderen niet zo maar iets durfde te roepen.

Vorige week was ik met de rap begonnen. Dit liep eigenlijk totaal in de soep. Dat werd mede mogelijk gemaakt doordat ik niet op de tijd had gelet dus nog maar vijf minuutjes over had, maar ook omdat het niveau voor de kinderen iets te hoog was. Ik had vorige week gezegd dat we er deze week mee verder zouden gaan, maar afgelopen week bedacht ik me dat ik daar toch wel een andere draai aan moest geven. Ik besloot de les te beginnen met het laten luisteren van een rap: Slaap van The Opposites. Omdat de rap met de klas schrijven toch wel een beetje moeilijk was, had ik een liedje uit Eigenwijs gehaald: Mijn zus is zes. Daar zit klappen tussendoor, en het is niet te moeilijk. Toen ik van te voren had bedacht dit liedje te doen, dacht ik eigenlijk dat het te simpel en saai voor ze zou zijn. Maar ik moet dat soort gedachten uit mijn hoofd halen geloof ik, want volgens mij vinden de kinderen alles wel leuk wat met muziek te maken heeft. Het liedje gaat als volgt: Mijn zus ** is zes ** en ik ** ben ze__ven, de poes ** is acht ** mijn broertje is al ne__gen. Ik schreef de getallen op het bord ter verduidelijking.

Commentaar Jose:
"Toen je de cijfers op het bord schreef en ze aanwees toen je ze met ze ging zingen was alles ineens een stuk duidelijker voor ze! Leuk om te zien. Oh, en fijn he, dat ze een stuk rustiger zijn :)"
Commentaar Alten:
"Verander de opbouw van het liedje van klein naar groot! De poes is 6, mijn zusje is 7, ik ben 8 en mijn broer is al 9."

Wat goed! Daar had ik helemaal niet bij stil gestaan. Eigenlijk was mijn idee om de rap dan volgende week te zingen, maar ik herhaal hem bij deze even met de tekst van Alten. Misschien wordt het dan wat duidelijker voor de kinderen.

Het volgende deel van mijn les waren korte luisterfragmentjes van zes muziekinstrumenten die ik allemaal als kleurplaatje op 1 A4 had geplakt. Hier op stonden een saxofoon, een piano, een drumstel, een viool, een trompet en een dwarsfluit. De kinderen kleuren dan het instrument in wat ze denken te horen. Het eerste instrument met geel, daarna met blauw, derde met zwart, vierde rood, vijfde groen en zesde roze.
Organisatiefout 1. Ik had in mijn lesformulier gezegd dat 1 helpende hand (elke week zijn twee kinderen de helpende hand van de juf) de kleurplaten zou uitdelen, de andere helpende hand zou de kleurpotloden uitdelen. Toen ik de opdracht vertelde, kwamen er na mijn uitleg meteen 4 kinderen op me af of ze het materiaal mochten uitdelen. Ik zei dat de helpende hand het mocht doen, dus dat dat er twee moeten zijn. Pas veeeel later kwam ik er achter dat het natuurlijk twee kinderen uit groep 3 zijn en twee uit 4! Daarbij had ik ook veel beter 4 kinderen het uit kunnen laten delen dan twee, want ik was vergeten dat het 6 x 20 potloden zijn! Het duurde dus veel te lang. Ik liet ze dan ook maar eventjes uitrazen toen ze op dat moment druk werden.

Toen alles uiteindelijk was uitgedeeld en de kinderen weer rustig waren liet ik het eerste fragment horen: de viool. De kinderen waren muisstil en luisterde naar de muziek. Ze pakten allemaal het gele potlood en begonnen de viool in de kleuren, helemaal zelfstandig. Zo ook bij de rest van de fragmenten.

Wat was dit superduper leuk om te zien! De kinderen hadden alle instrumenten goed en niemand riep door de muziek heen. Ik was echt blij om te zien dat ze een luisterles ook leuk vinden om te doen. Ik dacht in de eerste instantie dat ze nooit geconcentreerd zouden blijven (wat een vooroordeel!). Maar het ging super goed. Ik vond het ook leuk om te zien dat ze ook makkelijk de trompet en de dwarsfluit uit elkaar konden halen! Ik dacht dat ze daar nog best moeite mee zouden hebben.

Ik wil dus zeker nog een luisterles doen!

Het is jammer dat ik alleen niet zo'n uitgebreide reflectie met de juf heb gedaan. Juf Carla had weinig tijd en wist ook niet zo goed wat ze als reflectie met me moest doen, omdat ze nooit eerder een stagaire had gehad! Ik vroeg of ze wat tips en tops wilde bespreken, maar ze vond het vooral leuk dat er een keer muziek werd gegeven. "Alle tips zijn niet echt relevant, je leert het pas echt als je een eigen groep voor elke dag in de week hebt!"

Hahah goed, ik ben in ieder geval blij dat Alten en Jose er bij waren.

donderdag 6 november 2008

Stagedag 5/11

Ik begin deze blog met mijn eigen persoonlijke leerdoelen:
- Ik ga niet te veel 'Sssst!' roepen in deze les. Het wekt veel onrust op en de kinderen luisteren er op een gegeven moment niet meer naar. Ik wil voordat ik aan de les begin afspreken met de groep dat wanneer ik mijn hand opsteek we stil moeten zijn. Ik zal uitleggen dat ik zo veel leuke dingen met jullie wil doen dat ik geen tijd heb om veel te ssst'-en. Dus als ik het helemaal stil wil hebben, steek ik mijn hand op. Als je dat ziet, dan wees je stil en steek je je hand ook op.
- Ik wil proberen niet te stoppen als ik merk dat iedereen het leuk vindt. Ik wil te snel door naar het volgende onderwerp. Zo ook met het ritme vorige week, ik had er maar 3 minuutjes voor uitgepland, omdat ik er verder geen leerdoel voor had. Maar waarom zou ik niet wat langer uitplannen, ik weet toch dat ze het leuk vinden?
Ik vind het heel moeilijk om dingen veel te herhalen, omdat ik bang ben dat de kinderen verveeld raken. Het is iets wat je aan moet voelen, ook een van de redenen wat voor mij heel erg moeilijk is om te verbeteren. Ik zal dit soort dingen daarom beter van te voren moeten bedenken. Ook in stapjes terug als het niet goed gaat, en stapjes verder als het juist wel goed gaat. Ik hoef niet meteen door naar het volgende onderwerp! Daarom heb ik in deze les niet al te veel verschillende onderwerpen gedaan, zodat ik niet te snel door kan gaan. Ik hoop dat dit een verbeterpunt wordt!

Als inleiding ben ik weer begonnen met de tonen. Maar dan een paar stapjes terug dan vorige week, omdat het hoog/laag toch nog iets te moeilijk was allemaal. Maar eerst een nieuwe spelregel, als ik mijn hand omhoog doe dan zijn we allemaal stil! 'Die kennen wij al juf.' Maar waarom doen jullie dat dan niet? 'Ik weet niet.' Zullen we dan afspreken dat we het vandaag wel doen? Kom, we gaan even oefenen. Begin allemaal maar te praten!' Na 5 tellen stak ik mijn hand op en alle handen gaan de lucht in en de kinderen waren muisstil. Ik raakte bijna ontroerd.

Ik begon met armen laag laten houden en een relatief lage toon te zingen, als ik mijn armen langzaam omhoog doe, laat ik de toon ook langzaam omhoog glijden. Zo gingen we ook weer terug naar beneden. Dat ging goed! Ik heb het ook een keer omgedraaid voorgedaan. 'Wat doe ik nu fout?'. Iedereen begon meteen hard op te roepen. Woeps, een open vraag. Dat is waar ook. 'Ik wil vingers zien!!' Alle vingers omhoog met wat gekreun en gesteun, maar ze wisten gelukkig wel wat er fout ging. 'Kunnen we het ook fout na doen?'. Dat was iets te moeilijk. Iedereen wilde het enthousiast fout voor doen, maar eigenlijk deden ze het allemaal goed voor. Ik vertelde, dat ze het zo goed kunnen, dat het fout doen al te moeilijk was! Iedereen begon te lachen en de trotse gezichten kwamen op. Het was misschien ook wel een beetje dom om te vragen of ze het fout voor konden doen, zodat ze zo meteen het goede niet meer kunnen. Nouja, zo is het ook wel goed opgelost. Yes.

Het volgende onderwerp waren bolletjes op het bord tekenen met verschillende toonhoogtes. Hetzelfde als vorige week met Tierelierelier, maar dan geen lettergrepen maar bolletjes. Ik zei tegen de kinderen dat ik het voor ging zingen, maar dat ik er 1 fout in ging maken. 'Kunnen jullie de fout vinden?' (Ik had een bolletje heel laag getekend, maar ik zong hem heel hoog.) Alle vingers meteen de lucht in. Ze hadden het allemaal goed gezien! Een jongetje begon wel te roepen dat ik maar een stomme mannenstem heb. Hahaha oooh nee toch, ik word toch niet nu al geconfronteerd met mijn vreselijk mooie stem. Ik heb er maar van gemaakt dat als je iets wil zeggen, je vinger op wil steken, anders hoor ik het niet. Ik heb nog 2 andere melodietjes met bolletjes op het bord getekend, maar ik bedacht me dat ik dit niet zo'n goede voorbereiding vond. Ik had ze niet zoals vorige week van te voren getekend, en ik teken maar 1 lijn en vraag er maar 1 iets over. De klas werd er ook druk van, leuk dat ze merken dat ik zoiets slecht heb voorbereid. Ik besloot door te gaan naar de volgende activiteit.

Als laatste aan hoog/laag heb ik lijnen in de lucht getekend. Ik tekende eerst op het bord hoge en lage lijnen. En ik begon het voor te zingen. 'Wat zong ik nu net?' De lijnen op het bord! 'Hoe weet je dat zo zeker?' 'Nou, als je laag ging zingen dan was je laag op de lijn en als de lijn weer omhoog ging ging je ook hoger zingen.' Wouw. 'Kunnen jullie ook zonder mee te zingen, dus alleen luisteren, de hoogtes wat ik zing als een lijn in de lucht voordoen?'. Dat ging goed! Alle kinderen luisterde geconcentreerd mee. 'Wie wil er nu de lijnen in de lucht maken zodat wij ze kunnen zingen?' Alle vingers de lucht in. Ik besloot 3 kinderen de beurt te geven. Het was precies goed. Niet te lang mee door gegaan, maar zeker niet te kort. Yes, ik heb al 1 ding goed getimed! Misschien leer ik het nog wel.

Als kern wilde ik het ritme terug laten komen. Nu goed, met een leerdoel voor de kinderen. Ik wilde niet als vorige week gewoon even wat leuks gaan klappen als herhaling, maar wat nieuws gaan leren. Als een van de leerdoelen had ik dat de kinderen na deze les zouden weten wat een rust is in de muziek. Ik schreef 1 tot 4 op het bord. We telden twee keer (niet 1 keer, want na 1 keer gaan ze toch door met tellen en dan zit ik weer te ssst'en) tot 4 in het ritme wat ik met mijn vingers knip. Daarna gingen we niet tellen, maar klappen. Ik legde uit dat de grote muzikanten ook niet hard op tellen, maar in hun hoofd! Dus we begonnen met klappen. Dit duurde wel eventjes voordat ik ze helemaal muisstil en alleen aan het klappen had. De kinderen begonnen toch nog te tellen, of ze begonnen er door heen te roepen. Goed, uiteindelijk kreeg ik ze allemaal tegelijkertijd aan het klappen. Toen het helemaal goed ging vertelde ik dat er ook rusten voor komen in de muziek. En als er een rust voor komt, dan zijn klappen we niet, en we tellen ook niet, maar we zijn heeeeelemaal stil. 'Als bijvoorbeeld de 3 op het bord geen klap is, maar een rust. Wat moeten we dan doen?' 'Heel hard gillen!' riep een wijsneus. 'Nee, de juf zei net dat we muisstil moeten zijn, zelfs niet mogen ademen!' riep een meisje. Uiteindelijk riep iedereen weer door elkaar.
Ohja, woeps. Een open vraag. Ik stak mijn hand op. (overigens niet de eerste keer van de les, 1 van mijn commentaar punten waar ik aan het eind van dit berichtje even op terug kom.) Het duurde een tijdje, maar uiteindelijk werd iedereen stil zonder dat ik er over heen heb moeten schreeuwen.

Ik veegde de 3 weg. Ik deed het 1 keer voor, met m'n vinger op m'n lippen als we bij de 3 kwamen. Het duurde eventjes, maar iedereen deed goed mee. Eigenlijk was dit een beetje te moeilijk. Ik ging iets te snel door naar de rust, eigenlijk heb ik ze maar 2 keer goed de vierkwartsmaat horen klappen. Daar had ik wel wat langer op door mogen gaan. Ook de rust, die had ik beter op de 1 kunnen doen dan op de 3. Als ik eerst aandacht besteed aan wat ze wel makkelijker kunnen, zijn ze ook meer gemotiveerd om moeilijkere dingen aan te kunnen. Ik moet nog steeds goed de stapjes terug en heen kunnen toepassen. Goed, verbeterpuntje naar de volgende keer dus.

Goed. Ik haalde de meegenomen maracas uit mijn tas. 'Weet iemand wat dit zijn? Ik wil vingers zien!' (Jaja, ik begin het te leren.) 'Sambaballen!' Heeel goed. Maar ze hebben meerdere namen. Weet iemand nog wat? 'Chachaballen!' En alle vingers gingen gelijk de lucht in met zelfverzonnen woorden in hun hoofd. Ik besloot zelf de uitleg te geven. Oorspronkelijk heten ze maracas. En ik schreef het woord op het boord (geen idee waarom, maar het kwam in eens in m'n hoofd op). Dit instrument komt heeeelemaal uit Zuid-Amerika! En ik kreeg de woow-s en de 'zooo da's ver!' al weer te horen.
We gingen het zelfde doen met het ritme als voor de pauze, alleen waren we nu niet muisstil bij de rust, maar gingen we met de maracas slaan. Sommige kinderen wilden ook graag de beurt. Dit ging goed! Nancy zei dat het een fijne afwisseling voor de kinderen was, omdat het stukje hiervoor dus toch wel een beetje te moeilijk was. Het is goed om te stoppen met het onderwerp na iets leuks, zodat het ook leuk in hun hoofd zit.

In mijn lesvoorbereiding stond dat ik een rap met de kinderen wilde schrijven van 6 tot 8 zinnen, met het idee dat de kinderen op een ritmische manier de tekst ondersteunen. Ik had alleen niet door dat ik nog maar 5 minuutjes had voordat ik aan die rap begon. Ik heb dus eigenlijk met de kinderen alleen maar gepraat over wat een rap was, en de eerste 2 zinnetjes verzonnen. Ze waren wel erg enthousiast over die rap, maar ze vonden het ook wel erg moeilijk. De eerste twee zinnetjes die we hadden bedacht waren: 'Met mijn maracas maak ik geluid, en daarbij is deze rap nog lang niet uit.' Toen zag ik dat het tijd was. Woeps.
Ik zei dat ze maar thuis deze week wat zinnetjes mogen verzinnen voor een rap, en dat we die ideeen allemaal volgende week in de groep mogen gooien. Dit vonden ze wel een goede deal.

Als commentaar heb ik van Nancy gekregen over die rap dat ik een nieuw onderdeel in de laatste 5 minuutjes van de les behandel. Ik had dus natuurlijk veel beter die rap helemaal kunnen laten schieten, en gewoon nog eventjes wat ritmes na kunnen klappen, of bijvoorbeeld liedjes herhalen van de vorige keren!
Ook nog een tip was dat ik niet te veel m'n hand in de lucht moet gaan steken, want hierdoor luisteren ze niet meteen meer zoals in het begin. Zo ook met het 'ssst' verhaal uiteraard.

Een paar tops waren dat ik goed interactief met de kinderen bezig was, waardoor ik ze betrokken tot de les houdt. Ik geef ook goed complimentjes (niet te veel, daar moet ik wel opletten).

Zo, nu heb ik wel weer genoeg gepraat.

Stagedag 29/10

Mijn tweede echte les. Ik kreeg weer 25 minuutjes voor de pauze, en 25 minuutjes erna.
Ik ben begonnen met herhalen van de week er voor: ritmes klappen. Ik merkte aan de kinderen de week ervoor dat ze de klap doorgeven etc erg leuk vonden! Dus daarom een klein herhalinkje. Ik wilde er niet heel erg veel tijd in stoppen, omdat het nu alleen even om de herhaling ging. Ik had verder geen doel met dit onderwerp. In mijn lesplanning stond 3 minuutjes.
Uiteraard was dit achteraf gezien veel te weinig..

Ik wilde daarna meteen door om aan de toonvastheid te werken. Ik legde aan de klas uit dat elk liedje op een bepaalde toon begint en dat als mensen samen dat liedje zingen iedereen dat liedje op diezelfde toon daadwerkelijk moet beginnen, omdat het anders niet mooi klinkt. 'K3 moet bijvoorbeeld ook op een bepaalde toon beginnen! Offeh.. Ali B!' Ik legde uit dat iedere toon een letter heeft. Ik wilde met de klas de D zingen. Ik zing het voor (met behulp van de gitaar) en zij zingen het na. Als dat goed gaat, gaan we kijken of het ook hoger kan, de A! Ik wilde eerst meer doen met de toon. Eerst de ene klas de lage toon, de andere de hoge. Maar ik merkte aan de klas dat het nog heel erg moeizaam ging: het verschil tussen hoog en laag. Ik besloot door te gaan naar het andere onderwerp, want deze tonen hadden te maken met het liedje wat ik met ze ging instuderen: Tierelierelier (staat in eigenwijs bij groep 3/4). Ik had van te voren op het bord de lettergrepen van de twee verschillende melodietjes van Tierelierelier op verschillende (toon)hoogtes op het bord geschreven. Ik zong de twee melodietjes voor, de ene begon op de D (de lage toon) en de andere op de A (de hoge toon). De kinderen zongen eerst na wat ik zong, daarna luisteren we goed naar welke ik zing. Dit ging erg goed! De kinderen deden in de lucht met hun hand de toonhoogtes die op het bord stonden na. Omdat het zo goed ging, liet ik iemand voor de klas komen die een van de melodietjes aan wilde wijzen, zodat wij ze konden zingen.
Hierna begon ik het hele liedje te zingen. Het was leuk te zien dat de kinderen gelijk herkenden welk melodietje ik eerst zong, en welke daarna. 'Hebben jullie goed opgelet? Weten jullie wat voor boodschappen ik heb gedaan in het liedje?'. Er gingen meteen vingers de lucht in (wat scheelt, want normaal schreeuwen ze meteen door elkaar heen). 'Een kruidenier juf!!'. Wat is een kruidenier dan? 'Weet ik veel.'

Goed. Ik uitleggen wat een kruidenier is. Waar ging het liedje nog meer over? 'Een pond suiker! En een pond meel!' Wat is een pond? 'Weet ik veel.' Hahah zo lief. Aangezien ik dit al voelde aankomen van te voren, had ik in mijn tas een pond meel, een pond suiker en een busje kaneel meegenomen. Het werd de kinderen gelukkig al een stuk duidelijker, en ze konden al na 2 keer voorzingen het hele liedje mee zingen. Als ik het eerste melodietje zong, wees ik het melodietje aan op het bord, als de boodschappen voorbij kwamen pakte ik ze van de tafel af, en als ik het andere melodietje zong wees ik dat weer aan op het bord. Het is leuk om te zien dat ze het daardoor veel beter onthouden omdat ze het in beeld voor zich hebben. Het is een goed steuntje om dat soort dingen mee te nemen!

Na de pauze heb ik het liedje herhaald. Vorige week hadden we bij De Dappere Soldaatjes met jongens/meisjes gewerkt. Dit was heel spannend, maar ze vonden het allemaal heel erg leuk! Omdat Tierelierelier al zo snel goed ging, wilde ik dit ook proberen. Ik merkte dat ze het al een stuk minder spannend vonden dan de week er voor. Nancy, de juf, zei ook achteraf dat dat waarschijnlijk kwam omdat ik vorige week tegen de klas dat ik vreselijk trots op ze was dat ze het zonder moeite zo allemaal apart wilden zingen en dat ze goed enthousiast mee zongen. Het is leuk om te zien dat het dus echt zo werkt, veel positieve aandacht is een goede stimulance! Daarna ben ik met hard/zacht begonnen, maar nu met mijn twee wijsvingers uit elkaar (luid) en weer dichter bij elkaar (zacht). Ook dit ging erg goed! Ze hadden het al zo snel door, dat ik vroeg welke kinderen nu naar voren wilde komen om de wijsvingers bij elkaar en verder van elkaar af wilde doen. Alle vingers gelijk omhoog!

Uiteraard kon ik niet elk kind doen. Ik had van de vorige les wel geleerd dat ik niet elk kind de beurt kon geven, omdat het dan gaat vervelen. Dus in mijn voorbereiding had ik al gezegd dat ik niet iedereen de beurt met dit soort dingen kan geven. Weer met andere onderwerpen zal ik anderen de beurt geven.
Ik begon met de Geluidsboom (die op Renske's blog staat!). Van te voren had ik al een mooie boom met klinkers op het bord getekend. Het was de bedoeling dat ik met een stok een route verzin in de boom, en de klas het mee zingt. Ook dit ging erg goed! De kinderen hadden er veel plezier in. Ik ben blij dat ik het aan het eind van de les heb gedaan, want de kinderen werden er ook wel heel erg druk van! Ook hier heb ik wat kinderen de beurt gegeven om naar voren te komen. Kinderen die al geweest waren met het hard/zacht zingen vonden het nu heel jammer dat ze de beurt hadden gegeven en lieten dat ook hard merken. Even een organisatiefoutje, naar mijn inziens, maar Nancy vertelde mij achteraf dat dat geen fout van mij is omdat daar geen ontkomen aan is (met kinderen de beurt geven). Maar ik heb toch echt geleerd dat je altijd naar jezelf moet kijken als kinderen onrustig worden ;)

Wat ook niet is gelukt met de Geluidsboom, maar wat ik wel graag wilde maar geen tijd meer in heb kunnen besteden, was het hoog/laag gedeelte. De kinderen vinden dit toch nog heel erg moeilijk. Als ik onderaan de boom bij de 'OE' begon en naar boven ging, ging het omhoog glijden wel goed. Maar als ik weer naar beneden ging met de stok bleven ze omhoog gaan, hoe hard ze ook probeerde! Ze begrepen de opdracht dus wel goed, maar het lukte niet. Ik besloot hier niet op terug te komen bij de kinderen, omdat het het laatste kwartiertje van de les was. Maar ik wil hier zeker wel op terug komen in de volgende lessen!

Mijn tips van Nancy:
- Hoog/laag en hard/zacht in 1 les stoppen is misschien iets te moeilijk. Ik merkte ook goed dat ze deze twee dingen door elkaar gingen halen. Hoe lager de toon, hoe zachter het klonk. Maar hoe hoger de toon, hoe harder ze begonnen te schreeuwen.
- Stel geen open vragen in een drukke groep! 'Weten jullie het nog?'
- Als je de groep rustiger wilt hebben, probeer dan eerst zelf rustig te worden. Om er continue over heen te schreeuwen heeft geen zin.
- Niet te veel 'ssst'-en. Uiteindelijk zit je meer te sssst'en dan dat je uitleg geeft, waardoor de 'ssst' geen waarden meer heeft. Verzin een regel met de kinderen dat ze stil moeten zijn.

Mijn tops:
- Hele goede en uitgebreide voorbereiding!
- Goede organisatie, de boom stond al netjes van te voren op het bord, de melodietjes van Tierelierelier ook.
- Ik ken de namen van de kinderen al, waardoor ik ze persoonlijk aan kan spreken als ze niet doen wat ik wil.

Zo, dit was het ongeveer. Ik was niet heeel erg tevreden over les, omdat de kinderen onwijs druk zijn bij mij. Ik voel me echt zo'n juf wat totaal geen orde kan houden! Gelukkig was Nancy zelf wel heel erg tevreden en kreeg ik meer positief commentaar dan negatief (alhoewel het er zoals hierboven misschien niet helemaal zo staat, maar bij mij blijft het negatieve toch altijd meer handen ;)).

Als laatste zette Nancy op de reflectie neer: 'Wees niet te streng voor jezelf, alles wat goed gaat komt vooral door jou, en wat minder goed loopt is nog om te leren.'