We zijn weer een aantal maandjes, hoofdvaklessen en stagedagen verder. Tijd voor een nieuw plan, een persoonlijk ontwikkelingsplan.
Ik heb nog niet echt les gegeven, wel wat lessen van Dirk van den Broek (nee grapje) gezien die in groepjes ging werken dus waar ik even bij de groepjes in kon springen. Marijn zei meteen als eerste al dat ik erg enthousiast ben en dat dat de leerlingen wat meer stimuleert om niet uit hun neus te gaan eten als ze 5 weken lang aan 1 opdracht moeten werken. Okee, op die manier zei hij dat niet, maar zo vatte ik het op. Ik bedacht me meteen dat ik in mijn vorige POP die ik in mijn stageverslag had gestopt had gezegd dat ik wat rustiger voor de klas moet zijn en niet zo heen en weer rennen zodat ze klas er ook lekker druk van wordt, terwijl ik ze helemaal niet zo wil hebben. Toen ik die oude POP schreef bedacht ik me "Ik ga dit zeker mee nemen naar m'n volgende stage!". Maar is dat wel nodig? Komt mijn enthousiastme nu niet juist van pas bij HAVO3 die op mijn aanneembare wijze geen flikker uit voert in de lessen omdat ze denken dat ze toch niet worden gecontroleerd door een docent? (Erzsi, het is een vraag! Je moet dus reageren! YES!!)
Goed. De don'ts voor de middelbare school.
- Niet te veel gaan levelen en denken dat je even oud bent zodat je een beetje in contact kan komen met de leerlingen. Ga geen BOKS OUWE roepen, je bent een docent!
- Als de leerlingen iets niet gewend zijn en daardoor met veel tegenstrijd iets doen wat jij wil, word dan niet boos op ze. Ze doen uiteindelijk wel wat je wilt! Als je op dat moment boos op ze wordt omdat ze niet zo zingen zoals jij het had gewild, gaat ze dus nooit meer zingen.
- Eentje die ik mee neem van mijn vorige POP: Je doelstellingen klein houden. Ik heb ze al kleiner dan in het begin van mijn eerste stage, maar ze mogen nog veel kleiner!
Do's!
- Sta zeker voor de klas en wees zeker over je les.
- Luister naar de leerlingen.
- Consequent zijn! Of gewoon niet zo veel beloftes maken, hoef je ze ook niet na te komen.
En zoals Dirk dat zo goed kan zeggen: En nu lekker zwemmen, jongens!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Lieve Anna,
BeantwoordenVerwijderenEr is niets mis met enthousiasme! Nooit! Het is wel zaak om dat enthousiasme een duidelijke richting te geven, want dat helpt wel in het leiden van de energie die een klas bij zich draagt.
Ik geloof ook niet in de HAVO-3 leerling (of welke leerling dan ook), die alsmaar op zoek is naar redenen om niet mee te (hoeven) doen met een muziekles. Muziek willen ze altijd en overal. Maar ze moeten wel het gevoel hebben (of krijgen van de docent), dat ze macht hebben over wat ze aan het doen zijn, m.a.w. er moet een redelijk uitzicht zijn op succes: als je een lied met ze gaat zingen, moeten ze met een minuut of 10 (liefst nog iets eerder) het idee hebben, dat het echt mooi kan gaan klinken met z'n allen (omdat ze bv het refrein dan al goed ten gehore kunnen brengen); als je wilt dat ze een compositie maken met kleine motieven en met een bepaalde regelmaat hele kleine veranderingen, moeten ze wel de ervaring hebben (al voor deze specifieke opdracht, om aan te refereren, of binnen een minuut of 10) wat de 'bedwelmende' prettigheid van herhaling en cadans is.
Als docent ben jij de motiverende factor en motivatie ontstaat door een gerede kans op een succeservaring, dus zijn de voorwaarden die daarvoor nodig zijn de directe (en misschien wel belangrijkste?) verantwoordelijkheid van de docent.
Waarmee de cirkel rond is.
Deze reactie is verwijderd door de auteur.
BeantwoordenVerwijderen